György Dragomán (1973) geldt in Hongarije en daarbuiten als geestverwant van David Mitchell, George Orwell, Stanley Kubrick en Marjane Satrapi, en überhaupt als een van de grote Europese schrijvers van dit moment. Hij groeide op onder het totalitaire bewind van Ceaucescu in Transylvanië (Roemenië) en verhuisde op vijftienjarige leeftijd naar Hongarije.
Hij vertaalde werk van James Joyce, Samuel Beckett en Ian McEwan. In 2008 verscheen de roman De witte koning (2008), die in 30 talen is vertaald, door de internationale literaire pers is omarmd, en bekroond werd met de József-Attila-Prijs, de Tibor-Déry-Prijs en de Sándor-Márai-Prijs. De verfilming ging in 2016 in première. In 2016 verscheen eveneens de roman Vuurstapel.
Dragomán woont in Boedapest met zijn vrouw, de dichteres Anna Szabo, en hun twee zoons.