G.L. Durlacher, geboren in Baden Baden in 1928, vluchtte als kind met zijn ouders uit nazi-Duitsland naar Nederland. Hij maakte het bombardement van Rotterdam mee, werkt opgepakt en gedeporteerd naar Theresiënstadt en vervolgens Auschwitz-Birkenau, waar hij in januari 1944 werd bevrijd door de Russen. Na de bevrijding maakte hij zijn middelbareschoolopleiding in Nederland af, en ging sociologie studeren in Amsterdam, waar hij doceerde van 1964 tot eind 1983.
Durlacher debuteerde in 1985 met het kleine, meesterlijke Strepen aan de hemel, verhalen waarin nauwkeurig zijn eigen oorlogservaringen zijn weergegeven. In 1987 volgde Drenkeling, Kinderjaren in het Duitse rijk, in 1994 bekroond met de Zwitserse Anne Frankprijs, waarna de verhalenbundels De zoektocht (1991), Quarantaine (1993) en Niet verstaan (1995) volgden. Voor Quarantaine ontving hij in 1994 de Ako Literatuurprijs.
Durlacher overleed onverwachts in 1996. Postuum verschenen Verzameld werk, Met haat valt niet te leven, krantenstukken en gesprekken met de auteur, en Godvergeten tijd.
Het werk van G.L. Durlacher werd vertaald in het Duits en het Engels.