'Vlucht zonder einde' beschrijft de odyssee van Franz Tunda, officier in het keizerlijke leger tijdens de Eerste Wereldoorlog. Tunda ontsnapt uit krijgsgevangenschap, komt terecht in de chaos van de Russische Burgeroorlog, raakt betrokken bij de communistische avant-garde en zoekt zijn toevlucht in de armen van een mooie Georgische vrouw. Na allerlei omzwervingen keert hij vanuit Siberië terug naar Wenen, maar in de tussenliggende jaren is de vertrouwde wereldorde in elkaar gestort en komt Tunda nergens meer aan. Baku, Moskou, Wenen, Parijs - elke stad blijkt slechts een volgende etappe op zijn vlucht zonder einde.
Vlucht zonder einde verscheen in 1927 en is wellicht Roths meest persoonlijke roman; met de eindeloze omzwervingen van Franz Tunda voorspelde hij zijn laatste levensjaren. Deze editie van 'Vlucht zonder einde', in de Nederlandse vertaling van Elly Schippers - als eindredacteur nauw betrokken bij de Roth-vertalingen van wijlen Wilfred Oranje - kreeg een inleiding van Arnon Grunberg.
‘Joseph Roth raakt altijd meteen aan de kern van een menselijk wezen. (…) Zijn karakterbeschrijvingen, zijn beschrijvingen van situaties en mensen zijn onovertroffen. Maar altijd met een soort eenvoud geschreven dat je denkt: hoe doet hij het?’ – Tommy Wieringa
‘Op elke pagina staat wel een zin of een formulering die ik zou willen citeren.' - Mieke van der Weij in de NCRV Gids
NCRV Gids‘Kan zich meten met zijn beste werk. (…) Het is vreemd en begrijpelijk dat Roth niet populairder is. Vreemd, omdat hij zo toegankelijk schrijft – soepel, aangrijpend, komisch. Begrijpelijk, omdat zijn werk zo intens verdrietig is. Weinig schrijvers kunnen zoveel ellende oproepen in zo weinig woorden, met zo’n treurig gevoel voor humor. Roth is een volstrekt unieke auteur, die hoogstens af en toe aan Tsjechov doet denken. Maar Roth is tegelijk lyrischer en harder. Vlucht zonder einde verscheen in 1927 in is nu door Elly Schippers voor het eerst in het Nederlands vertaald. Vlekkeloos. Arnon Grunberg schreef een mooi voorwoord. (…) Prachtige ellende. Vierendertig ijzersterke hoofdstukken lang.’ – ***** Het Parool
‘Roth lees je om zijn prachtige observaties, van die steden, maar vooral van hun bewoners, die hij beschrijft met ongeëvenaarde mensenkennis – en een recht evenredig gevoel voor humor.' – Trouw
Trouw