Adriaan van Dis woonde ruim zeven jaar in Parijs en nog steeds voelt hij zich verbonden met die stad en probeert hij de helft van zijn tijd er door te brengen. Hij huurt er een chambre de bonne, waar een deel van zijn boeken staat en van waaruit hij door de stad wandelt week in week uit. Hij is er onzichtbaar en verkent wijken waar gewoonlijk geen toeristen komen. Voor hem is Parijs een altijd veranderende stad: gekleurd, verscheurd en vol verborgen geschiedenissen. Hij gaat mee uit boksen met de zoon van zijn werkster uit Sri Lanka, bezoekt het variété met een verlepte danseres, dwaalt met oude getuigen langs beladen adressen en kijkt achter de luiken waar de illegalen werken. Het nieuwe Europa voltrekt zich voor zijn ogen. Van Dis wandelt om het avontuur en doet daarvan verslag in dagboek en verhalen. In Stadsliefde brengt hij het beste bijeen.