Sigrid Nunez omschrijft in de roman ‘Sempre Susan’ haar kennismaking met de legendarische essayist en intellectueel Susan Sontag. Deze stelde Nunez voor aan haar zoon, de schrijver David Rieff, met wie Nunez een relatie kreeg. Algauw trok ze bij hem in, in de woning die Rieff en Sontag deelden. Sontag zei daarover tegen Nunez: ‘Wie zegt dat we moeten leven als alle anderen?’
Sontag zou Nunez, die mettertijd een succesvol schrijfster werd, diepgaand beïnvloeden. Ze stak de mensen om haar heen als vanzelf aan met haar vele culturele en intellectuele passies. In deze indringende, intieme herinneringen, die ruim zes jaar na Sontags dood verschenen, benoemt Nunez haar dankbaarheid voor het feit dat ze al jong ‘iemand die zo’n verheven, niet-ironische kijk had op het beroep van schrijver’ als voorbeeld heeft mogen hebben.