Over hoofdsteden waar bekende kunstenaars en schrijvers een veilig heenkomen zochten op de vlucht voor het nazisme is al heel veel geschreven: Parijs, New York, Moskou, Amsterdam. Veel minder bekend is dat ook Oostende daar even bij hoorde.
Irmgard Keun, Egon Erwin Kisch, Joseph Roth, Stefan Zweig en andere grote Duitstalige schrijvers van het interbellum – de meesten van hen Joods – ontvluchtten het vaderland al ver voor de oorlog uitbrak. Hun wegen kruisten elkaar in Oostende. Hoe verging het deze mensen, bijna allen bevriend met elkaar?
Mark Schaevers onderzoekt deze geschiedenis in Oostende, de zomer van 1936, dat nu in een derde, herziene druk verschijnt. Hij schreef een spannende en sfeervolle reconstructie van een zomer aan zee, onheilszwanger, zeker voor de lezer die de toekomst kent, maar ook vol vriendschap en passie, gedreven gesprekken, plannen, hoop en vrees.