Het schrijnende en ontroerende verhaal van een Oekraïense vrouw die na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie op zoek gaat naar een beter leven in het Berlijn van de jaren negentig.
Als Natascha Wodin in 1992 naar Berlijn verhuist zoekt ze een werkster. Haar keuze valt op een schuchtere vrouw uit Oekraïne, het geboorteland van haar moeder die in de Tweede Wereldoorlog als dwangarbeider naar Duitsland werd gedeporteerd. De schoonmaakster, Nastja, had in Oekraïne een goede baan als civiel ingenieur. Maar na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie verzandt haar land in chaos en economische malaise – ze ontvangt haar laatste salaris in de vorm van een zak rijst. Net als vele Oost-Europeanen zoekt Nastja haar heil in het herenigde Duitsland. Ze komt aan de kost als werkster, maar te laat realiseert ze zich dat haar toeristenvisum is verlopen. In de krochten van de illegaliteit en de smerige wereld van de uitbuiting moet ze vechten voor haar bestaan.
Voor Natascha Wodin is het alsof het lot haar weer inhaalt. In het heimwee van deze Oekraïense vrouw, met wie ze bevriend raakt, herkent ze het heimwee van haar moeder, die eraan onderdoor ging. Nu, jaren later, tekent ze Nastja’s portret op. Het is het enerverende verhaal van een strijdlustige en dappere vrouw, geschreven door een auteur die als geen ander de geschiedenis invoelbaar kan maken.