Tussen 1929 en 1939 is er in Europa steeds meer haat, toch is er ook veel liefde. Terwijl velen genieten van de roaring twenties vluchtten anderen noodgedwongen weg uit Duitsland.
‘Liefde in tijden van haat’ door Florian Illies is opnieuw een opwindende reis naar het verleden die leest als een commentaar op ons chaotische heden. Hij neemt ons mee naar de jaren dertig van de vorige eeuw. Toen het politieke klimaat verkilde, bruisde het culturele leven: in Berlijn, Parijs, Ticino en aan de Rivièra zetten de grote namen van die tijd zich schrap tegen naderend onheil. Terwijl Jean-Paul Sartre cheesecake eet met Simone de Beauvoir in Kranzler-Eck in Berlijn, Henry Miller en Anaïs Nin wilde nachten beleven in Parijs en F. Scott Fitzgerald en Ernest Hemingway gepassioneerde affaires in New York beginnen, zien Bertolt Brecht en Helene Weigel zich net als Thomas en Katia Mann genoodzaakt een veilige haven te zoeken. Dit alles gebeurt op het moment waarop de nationaalsocialisten de macht grijpen in Duitsland, boeken verbranden en het geweld tegen Joden begint.