Een persoonlijke verhaal over een veranderende samenleving en een verdwijnende wereld. Beeldend en bij vlagen hilarisch vertelt Scholten hoe het is je te vestigen in een nieuw land.
In 'Heer en Meester' beschrijft Jaap Scholten hoe hij een jaar na de val van de muur in Boedapest kwam, en verliefd werd: op een vrouw, een stad en een land– in die volgorde. Laag in de straten hing een doordringende bruinkooldamp. De brede boulevards waren gevuld met Trabantjes en de negentiende eeuwse gevels zaten vol kogelgaten. Voor het equivalent van anderhalve euro kocht men in de Piaf bar, op dat moment de enige nachtclub van de stad, een fles Hongaarse champagne en was men de koning. Twaalf jaar later vervulden hij samen met zijn vrouw- die vrouw, een oude droom: ze kochten een bouwval in Boedapest en een herenboerderij en akkerland in de zuidelijke heuvels van Hongarije, en gingen het leven van weleer leiden. Zomers op het land, ’s winters in de stad. In een heldere stijl en met oog voor detail verweeft Jaap Scholten het persoonlijke en het historische en schept hij een beeld van een veranderende samenleving en een verdwijnende wereld. Tegelijk verhaalt hij beeldend en bij vlagen hilarisch over hoe het is je te vestigen in een nieuw land.