In 'Geneeskunst van de wereld' bepleit arts en hoogleraar Dietrich Grönemeyer een ruimere visie op de geneeskunst. Steeds meer mensen zoeken hun heil bij wat we alternatieve of traditionele geneeswijzen noemen, vooral voor chronische of ‘moeilijk te diagnosticeren’ klachten. Bij hun reguliere huisarts of specialist hoeven ze hier vaak niet mee aan te komen, die doet deze vormen van geneeskunde af als onwetenschappelijk. Volgens Grönemeyer moet dat veranderen. Er is een verschil tussen kwakzalverij en serieuze traditionele geneeskunst. Hij vindt dat de westerse geneeskunde open moet staan voor de wijsheid van andere samenlevingen. Grönemeyer bepleit daarom een holistische benadering. Hij reisde onder andere naar Tibet, China, India, Australië en Korea en vroeg genezers hun kennis over bijvoorbeeld geneeskrachtige kruiden, meditatie en de traditionele Chinese geneeskunde met hem te delen. Soms werd hij zelf behandeld. Geneeskunst van de wereld brengt voor het eerst de wereld van alternatieve geneeswijzen in kaart.