In “De regen van Ionah” van Santiago Pajares kent hoofdpersoon Ionah niets anders dan de eindeloze woestijn waarin hij al zijn hele leven leeft met zijn moeder. Zij heeft de wereld gekend zoals wij hem kennen, voordat het misging. Ze is zich er terdege van bewust dat Ionah, om te overleven als zij er niet meer is, alles zal moeten kunnen wat zij zich eigen heeft gemaakt. Erger dan hitte, honger of dorst is echter de stilte die Jonas omringt wanneer zijn moeder sterft als hij twaalf jaar is en hij alleen haar verhalen en haar stem nog in zijn hoofd heeft. Zo groeit hij op. Alles wordt anders als hij op een dag Shui vindt en hem het leven redt.
Pajares schetst in deze moderne fabel de volwassenwording van een naïeve, wijze hoofdpersoon, die zijn barre maar veilige thuisbasis op zeker moment toch moet verlaten om te overleven.