Steeds vaker verschuilt Luise Zingg zich in de jachthut die ze vroeger had bij het IJzeren Gordijn. Daar verliest ze zich in herinneringen aan haar jeugd in de oorlog, haar dubbelleven als spionne en haar liefde voor een Stasi-officier.
Haar oude jachtveld wordt ook een toevluchtsoord voor Merel Alvarez, een jonge Nederlandse die na de dood van haar moeder haar heil zoekt op het Duitse platteland. Ze hoort de verhalen die rondgaan over de oude jaagster, vraagt haar Stasi-dossier op en leert zelf jagen.
Het wordt winter. De spoken van de Tweede Wereldoorlog en de Koude Oorlog winnen terrein en de levens van de twee vrouwen raken meer en meer verstrengeld.