Ton Nijhuis, hoogleraar aan de UvA en directeur van het Duitsland Instituut, over De Amerikaan van Karadj

Ter gelegenheid van de verschijning van De Amerikaan van Karadj van Keyvan Shahbazi sprak Ton Nijhuis, hoogleraar aan de UvA en directeur van het Duitsland Instituut, in Spui25 deze column uit:

Op 4 mei en andere herdenkingsdagen wordt er altijd aan herinnerd hoe belangrijk het is de slachtoffers niet te vergeten. De herinnering als een morele plicht. Vergeten we hen en hun lijden, dan verraden we de slachtoffers nog een keer.
De roep om erkenning van groepen die zich slachtoffer of nazaten van slachtoffers voelen is in de laatste jaren explosief toegenomen. En ook de druk om excuses aan te bieden.  Monumenten voor slachtoffers schieten als paddenstoelen uit de grond.

Maar als het om Iran gaat en om de vele duizenden slachtoffers van het misdadige islamitische regime, blijft het opvallend stil. Wie herinnert zich nog 1988, toen duizenden politieke gevangen in Iran werden afgeslacht?

Niet alleen vergeten we de slachtoffers, ook kijken we weg als moedige Iraniërs massaal op straat gaan om voor de vrijheid op te komen en dan in groten getale worden afgeschoten, zoals bijvoorbeeld in 2019. Even is er aandacht in de pers, maar die ebt even snel weer weg. We zijn, zoals de Duitse musicus Herbert Grönemeyer het een keer zong, als een trage kudde koeien: we kijken kort op en grazen dan gemoedelijk verder.

Zelfs als hier in Nederland of in andere West-Europese landen, de moellahs politieke tegenstanders laten vermoorden, wil de politiek het liever niet zien en zeker niet zo benoemen. Overal in de wereld zijn Iraanse moordcommando’s met lange dodenlijsten op pad zonder dat dit tot repercussies leidt. Afgelopen week stond nog een groot stuk in de New York Times over de Iraanse huurmoordenaar die in de VS actief zijn. Maar dat geldt ook voor Nederland en de andere Europese landen.

Natuurlijk worden de marteling van politieke gevangenen, het doodschieten van demonstranten, en de executies van tegenstanders in het buitenland veroordeeld, maar de Westerse regeringen vinden het zeker zo belangrijk dat we de Iraanse machthebbers niet te zeer irriteren met onze kritiek. Want we mogen de dialoog met de moellahs niet in gevaar brengen. Stel dat ze zo geïrriteerd raken, dat ze de onderhandelingen over het atoomprogramma afbreken? Dat zou toch een ramp zijn. De slachtoffers zijn vanuit dat perspectief van ondergeschikt belang en eigenlijk vooral lastig.

Dat het Iraanse regime helemaal niet geïnteresseerd is om het atoomprogramma te begrenzen en in de tussentijd een gigantisch rakettenarsenaal heeft ontwikkeld en zijn macht in Libanon, Syrië, Irak en Jemen sterk heeft uitgebreid, staat de dialoog ook niet in de weg. Het lijkt wel een fixatie op een stukje papier dat in de praktijk nauwelijks waarde heeft, maar waarvan je als diplomaat kunt zeggen dat je dat toch mooi hebt uitonderhandeld. Het perspectief op handtekeningen is belangrijker dan feitelijke situatie zoals die zich in de realiteit ontwikkelt. Dialoog als doel op zichzelf en niet als instrument dat zolang wordt ingezet, zolang het wat oplevert. Eventuele dreigementen van de EU en de Europese landen nemen de vorm aan van: Als je deze rode lijn overschrijdt dan, dan, dan, …. praten we verder.

Dat is dan op het niveau van regeringen en diplomatie. Maar ook in het publieke debat is er terughoudendheid als het gaat om uiten van krachtige kritiek. Misschien vanwege de angst dan in de hoek van de VS en Israël te worden gezet. Dat was onder Trump en Netanyahu zeker het geval, maar dat antiamerikanisme de kritiek op vijanden van de VS doet verstommen is eigenlijk een constante in het Europese publieke debat.

Hoe dan ook, we verraden de Iraniërs die zich willen bevrijden van het islamitische regime twee keer, de eerste keer door ze in de kou te laten staan wanneer ze in opstand komen, gevangen worden gezet, gemarteld en vermoord en de tweede keer door slachtpartijen zo snel mogelijk uit de herinnering te verbannen.

En hier komt onze auteur van vanmiddag binnen. Met zijn boek vertelt Keyvan Shahbazi ook een geschiedenis van het lijden van de Iraanse gevangenen en de beestachtigheid van de islamitische machthebbers. Via de hoofdfiguur Piruz waarin ik meen Keyvan te herkennen worden alle slachtoffers uit de vergetelheid gehaald.
Het boek komt op een bijzonder moment. Net bij het begin van een proces tegen Hamid Noury een martelaar in de Gohardasht gevangenis in Karaj, de gevangenis waarin de hoofpersoon in het boek zelf zo gemarteld is. Dat dit proces kan plaatsvinden is dankzij een andere ex-gevangene die Noury via een luxe cruise verleidde naar Zweden te gaan waar hij vervolgens kon worden gearresteerd. Noury was medeverantwoordelijk voor de massale executies van politieke gevangenen in Karaj. De voorzitter van de doodscommissie die de massale executies organiseerde was Ebrahim Raisi, de huidige president van Iran. De nieuwe Iraanse regering zit overigens vol met moordenaars, zoals bijvoorbeeld de minister van binnenlandse zaken Ahmad Wahidi, die verantwoordelijk was voor de zware bomaanslag op een joods cultureel centrum in Buenos Aires waarbij 85 mensen om het leven kwamen.

Bij de inauguratie van Raisi tot president op 5 augustus jl. was ook de Nederlandse ambassadeur en andere Europese ambassadeurs aanwezig. Zij zaten daar gemoedelijk samen in een ruimte met de leiders van terroristische organisaties zoals de Hezbollah, Hamas, en de islamitische jihad. Ook hier weer het argument dat de diplomatieke etiquette belangrijker is dan de morele verwerpelijkheid en dat juist nu in deze moeilijke tijd waarin de islamitische hardliners alle touwtjes in Iran in handen hebben het instant houden van de dialoog belangrijker is dan ooit. Maar ik heb het gevoel dat de dialoog hier vooral een smoes is om verder niets te hoeven doen, een schaamlap om de politieke onwil te verhullen.
Op de een of andere manier denken we in de diplomatie altijd dat de ander uiteindelijk net zo is als wij zijn en dat een beschaafde dialoog uiteindelijk tot het beste resultaat leidt. Maar het Iraanse regime houdt er echt een hele andere logica op na.

Ik zou zeggen: lees het boek. En dat zowel om te begrijpen met wat voor een regime we te maken hebben alsook om de vele slachtoffers in herinnering te houden en hun strijd en lijden niet voor niets te laten zijn geweest.
Herdenken, het niet vergeten van de slachtoffers is wel het minste wat we kunnen doen en hiervoor heeft Keyvan Shahbazi met zijn boek via een persoonlijke geschiedenis een monument opgericht.

Bekijk de gehele presentatie hier terug.

Meer nieuws

  • Percival Everett wint met ‘James’ Amerikaanse National Book Award Fictie

    21 november 2024

    Percival Everett heeft met zijn roman James de prestigieuze National Book Award gewonnen in de categorie fictie. Dat werd bekendgemaakt tijdens de Amerikaanse awardshow op woensdag 20 november. De ...

    Lees het hele bericht
  • Voorjaarsaanbieding 2025

    20 november 2024

    Bekijk hier de te verwachten titels van de voorjaarsaanbieding 2025 voor Fictie, Non-fictie en Business Contact.

    Lees het hele bericht
Geverifieerd door MonsterInsights