In 1944 wordt de Joodse Marion Swaab, ondergedoken bij de Zaanse familie Pel, door de buurman verraden. Moeder Geertje weet voor Marion nog net op tijd een veilig onderkomen te vinden en geeft zichzelf aan bij de Sicherheitsdienst. Geertje wordt via Kamp Vught gedeporteerd naar concentratiekamp Ravensbrück en komt daar om het leven. Marion overleeft de oorlog, maar de impact van dit offer op haar verdere leven is verwoestend. Ook haar ouders overleven de oorlog en het gezin wordt herenigd. Dag in dag uit herinneren de ouders Marion aan het offer dat voor haar gebracht is. Marions leven is getekend door gevoelens van schuld. Een gegeven leven is een even hartverwarmende als schrijnende geschiedenis over ontferming en opoffering, waarvan de gevolgen tot op de dag van vandaag pijnlijk voelbaar zijn.